Een knaagdierenopvang starten: hoe en wat

Mijn knaagdierenopvang Stichting Opvang Pettings bestond 10 jaar lang en in die tijd heb ik regelmatig vragen gekregen van mensen die zelf ook een opvang willen beginnen: ‘wat moet je daar allemaal voor doen?’, ‘hoe kan ik het beste een opvang beginnen?’ en vooral ‘ik hou van dieren, dus het lijkt me leuk!’. First things first: dit is niet iets is wat je ‘eventjes snel’ doet, daarom leg ik graag uit wat je moet weten en doen vóórdat je een opvang of asiel start. Onderstaande punten zijn cruciaal voor het vallen of staan van een asiel of opvang. Disclaimer: Ondanks dat sommigen het denken, ben ik geen expert, maar wél een ervaringsdeskundige, daarom deel ik graag mijn kennis om anderen te helpen.

Het papierwerk.

Laten we beginnen met het makkelijkste deel. Je schrijft je in bij de KvK en je zorgt dat je je vakbekwaamheid haalt in de diersoort die je wilt gaan opvangen (dit moet je al op zak hebben als je een opvang begint na 1 juli 2014). Ga je net zoals ik knaagdieren opvangen, zorg dan dat je je vakbekwaamheid voor overige zoogdieren haalt. Deze kan je inmiddels op verschillende locaties volgen zoals bij Aeres Barneveld. Het behalen van dit certificaat kost afhankelijk van waar je hem behaalt een paar honderd tot bijna 1000 euro.

Wanneer je officieel als stichting aan de gang wilt, dien je een notaris in de hand te nemen die statuten voor je opmaakt. Hiervoor heb je afhankelijk van jouw gemeente meerdere bestuursleden nodig. De prijzen van notarissen kunnen behoorlijk verschillend zijn, dus bel er eens een aantal op voor een offerte. Houd er rekening mee dat je hiermee alweer een paar honderd euro verder bent.

Wanneer je alles hebt geregeld is het belangrijk om administratie bij te houden. Bewaar dus alle bonnetjes van uitgaven en zorg dat je ook bijhoudt wat er binnen komt. Als dit niet je sterkste kant is -zoals bij mij ook het geval is- kan je hiervoor een vrijwillige penningmeester proberen te krijgen.

Netwerken.

Zonder adoptanten en donateurs kan je geen opvang runnen, deze komen niet automatisch aangerend wanneer je een krabbeltje hebt gezet bij de Kamer van Koophandel. Hiervoor moet je hard werken. 

Als je een Facebookpagina, een Instagram-account en Twitter hebt aangemaakt, moet je natuurlijk ook nog zorgen dat je doelgroep jouw opvang kan vinden, zodat ze al die lieve tamme ratjes komen adopteren. Dit doe je door te netwerken. Ik doe dit zelf op verschillende manieren, bijvoorbeeld online: er wordt veel overleg gepleegd met collega opvangen waarmee ik in de loop van de tijd ben gaan samen werken omdat ze dezelfde ideeën hebben over de verzorging van dieren (we leren elkaar ook nog steeds van alles!). Maar ook regelmatig updates geven en actief zijn in groepen waar ook jouw doelgroep zit geeft jou meer volgers. Mensen moeten je vertrouwen alvorens ze hun dieren bij je afstaan of adopteren.

Offline netwerken is minstens net zo belangrijk. Bezoek plekken en evenementen waar het diersoort dat jij opvangt centraal staat en stel jezelf voor, maar zorg ook dat iedereen die in de opvang komt een goed woordje voor je wilt doen. Mond-tot-mondreclame is goud waard! Hiervoor kan je ook kaartjes laten drukken bijvoorbeeld en vragen of je deze bij knaagdier kundige dierenartsen mag leggen.

Netwerken kan een lange tijd in beslag nemen, ik heb ook niet binnen twee weken een grote naam in de opvangwereld gekregen. Dit heeft tijd nodig, en volgers die 100% achter je staan en dus jouw opvang aanraden bij anderen. Vanzelfsprekend werkt dit alleen als je dierenwelzijn altijd als prioriteit ziet en wanneer je het goede voorbeeld geeft, maar zorg ook dat je een goede portie sociale skills op zak hebt: als je niet met ‘lastige klanten’ om kan gaan kan je beter geen eigen opvang beginnen. Houdt er rekening mee dat hoe goed je ook je best doet er altijd mensen zijn die het niet met je eens zijn en in het ergste geval jouw goede naam willen schaden. Zorg dat je stevig in je schoenen staat dus.

Geld

Dieren kosten geld, ook als ze in het asiel zitten. Sterker nog, in het asiel kosten dieren over het algemeen meer geld. Dit komt omdat er veel mensen zijn die dieren dumpen die ziek of oud zijn, of ze dumpen dieren buiten waardoor ze ziek worden. Drie keer raden wie na de vondst de dierenarts moet gaan bezoeken én betalen… juist, jij. Dit kan behoorlijk in de kosten lopen, en geloof me, zo’n magische geldboom waar iedereen het over heeft: dat is een fabeltje. 

Daarnaast hebben alle (kooi)dieren (geschikte!) verblijven nodig, ze komen vaak niet in geschikte kooien in de opvang dus zorg dat je bent voorbereid. Alle benodigdheden moet je al in huis hebben, daarnaast zijn voer en bodembedekking kosten die altijd terug blijven komen. Zorg echt dat je eerst een behoorlijke pot geld achter de hand hebt, anders kom je in de problemen. Ook donateurs komen niet aanstormen zodra jij een Facebook pagina hebt aangemaakt voor je asiel.  

Kennis en passie.

Deze twee punten bundel ik even. Allereerst is het erg verstandig om kennis op te doen vóór je een opvang begint, zowel in praktijk (het houden van de diersoort die je wilt gaan opvangen) als theorie.

Voorbeeld: wanneer je 3 maanden geleden je eerste pup hebt aangeschaft raad ik je ten zwaarste af om honden te gaan opvangen, je weet namelijk nog te weinig over de taal van het dier, de achtergrond van het diersoort, de ‘markt’ (hiermee doel ik op: waar kunnen dit dier vandaan halen en wat heeft de voorkeur kijkend naar dierenwelzijn) en de verschillende karakters en rassen in de hondenwereld.

Ben je al je hele leven bezig met honden, leer je zo veel mogelijk bij en denk je na jaren kennis vergaren dat het écht jouw doel in het leven is om een asiel te starten: go for it! Maar neem zeker nog even de andere punten goed door.

Zonder passie neemt niemand je serieus, passie kan je niet faken, dat straal je uit als je het echt bezit. Dit voelen mensen -en dieren!- feilloos aan.  

Incasseringsvermogen

Dit vind ik zelf het aller moeilijkste punt: je moet écht stevig in je schoenen staan om een opvang te runnen, want wat je tegen gaat komen, gaat je hart aan stukken scheuren. Dieren die vel over been zijn, konijnen die meer vilt dan konijn zijn, hele kleine hokjes met lagen ontlasting van centimeters dik, getraumatiseerde dieren… Noem het maar op en je gaat het tegen komen. Als je dit leest klinkt het vreselijk, maar als je er met je neus bovenop zit kan je jezelf echt niet groot houden, geloof mij maar. 

Ook zijn er altijd mensen die onredelijk reageren. Mensen die geen dier mogen adopteren omdat ze niet aan je eisen voldoen, mensen die dieren afstaan en ze later opeens terug willen (op deze manier ben ik eens bedreigd), mensen die in discussie gaan en het leed wat ze veroorzaken niet eens onder ogen willen zien. Sommige dagen zijn behoorlijk heftig, en hier kan je je niet op voorbereiden. Dit moet je ondergaan, eelt kweken en doorgaan voor de dieren.

Alles opgeven voor de dieren

Vakanties, een leuk dagje weg, geld uitgeven voor iets voor jezelf: wanneer je een opvang hebt kan je niet zomaar je dieren aan hun lot overlaten of het geld wat je hebt gespaard voor de dierenarts uitgeven aan een avondje stappen. Je zal veel op moeten geven wanneer je je leven voor de dieren gaat geven, en soms is dat echt zwaar, zelfs in je vakantie moet je keihard doorwerken.  

Conclusie? Wanneer je geen passie bezit voor deze prachtige branche, je leven niet wilt opgeven zoals het is of bang bent voor hard werken: start dan geen opvang. Ben je na bovenstaande punten nog steeds 100% zeker dat dit jouw doel in het leven is? Fantastisch! 

Heb je vragen naar aanleiding van bovenstaande of zou je graag contact willen voor overleg en tips? Schroom niet om een reactie te plaatsen of een mailtje te sturen: ik help graag! 


Let op: België

In België zijn de regels net iets anders, hier hoef je geen vakbekwaamheid te behalen voordat je een opvang mag zijn, maar je moet wel een HK nummer hebben. België staat er om bekend dat ze vaker asiels controleren dan dat in Nederland het geval is.

Een erkenning aanvragen doe je door aan bepaalde eisen te voldoen en je krijgt een controlebezoek van de dienst Dierenwelzijn. Wil je meer weten? Lees dan deze website voor meer informatie.

Advertentie

Achterhandverlamming

Wat is dat nu eigenlijk, achterhandverlamming? 

Wanneer tamme ratten een dagje ouder worden kunnen ze -net zoals mensen- ouderdomskwaaltjes krijgen. Achterhandverlamming is één van die kwaaltjes die vrij vaak voorkomt, het is dus belangrijk om dit als baasje te kunnen herkennen. Een verlamde achterhand kunnen ratten (maar ook andere dieren) ook krijgen wanneer ze bijvoorbeeld door een ongeluk een beschadigde ruggenwervel krijgen. Ook zijn er meerdere andere oorzaken zoals nierfalen, daarom is het verstandig altijd even naar de dierenarts te gaan wanneer jouw ratje deze verschijnselen krijgt. Een achterhandverlamming, of ahv, houdt in dat de rat zijn of haar achterhand niet goed meer mee kan krijgen met de rest van het lichaam, doordat de spieren slapper worden. Vaak verergerd deze vorm van verlamming erg geleidelijk. In dit artikel ligt de focus op ahv op oudere leeftijd.

Hoe herken je achterhandverlamming?

Het voornaamste waardoor je (beginnende) achterhandverlamming herkent bij oudere ratten is dat hun achterpootjes soms in vreemde standen staan en niet helemaal meer mee lijken te willen gaan met de voorpoten, ze zien er dan ook letterlijk ‘verlamd’ uit. Dit zal steeds meer opvallen omdat de rat langzaam steeds meer controle verliest over de achterkant van zijn lichaam. Op den duur zal de rat met zijn pootjes gaan slepen als hij zich wilt voortbewegen. De voorpoten hebben dan erg veel kracht nodig omdat ze het hele achterlichaam mee moeten slepen.

undefined
Bij dit ratje kan je zien dat ze haar pootjes niet meer onder haar lijfje kon krijgen als ze lag, dit was de dag waarop ze werd ingeslapen (je kan ook zien dat ze erg mager was geworden)


Wat kan je doen?

Er zijn een aantal opties waardoor je ratje langer kan genieten van zijn of haar leventje:

-Zorg dat hij of zij genoeg beweging krijgt, dit zorgt dat de verlamming geremd wordt. Door de achterpootjes te helpen met bewegen (bijvoorbeeld fietsen in de lucht) zullen de spieren wat sterker worden.

-Houd daarnaast goed in de gaten of je rat nog drinkt (en goed bij het flesje of bakje kan) en eet.

– Er zijn verschillende theorieën over het extra aanbieden van Vitamines (B12) en Omega’s (3 en 6), ga hier echter niet zelf mee dokteren en vraag een knaagdierkundige dierenarts om advies.

– Natuurlijk kan je het beste even naar je dierenarts gaan, dierenartsen met kennis van knaagdieren en/of konijnen zijn vrijwel altijd bekend met deze aandoening.

Wanneer is het genoeg?

Op den duur is het leven van jouw ratje niet meer ‘ratwaardig’ en is het tijd om afscheid te nemen. Er zijn ratten die nog erg lang zichzelf zijn, goed kunnen bewegen, eten en drinken. Na verloop van tijd zal het achteruit gaan, dit kan je merken doordat ze steeds minder controle lijken te hebben over hun achterpootjes en de hele achterkant van het lichaam. Dit kan bij de ene rat nog makkelijk maanden duren, terwijl er ook gevallen bekend zijn van ratten die binnen een paar dagen al gelijk in dat laatste stadium zaten. Wanneer ze het duidelijk veel te moeilijk krijgen met het leven is het eigenlijk het ‘rat-vriendelijkste’ om ze rustig in te laten slapen bij de dierenarts. Zelf maak ik deze beslissing wanneer ze niet meer zelf kunnen eten of drinken, zichzelf niet meer schoon kunnen houden of ze duidelijk oncomfortabel worden door de verlamming.

Middenoorontsteking (MOO)

Wanneer je tamme rat zijn hoofd niet meer recht kan houden en moeite lijkt te hebben met evenwicht, kan dit duiden op een middenoorontsteking. Het komt helaas regelmatig voor dus de meeste ervaren rattenbaasjes zullen het wel eens mee hebben gemaakt. Deze ziekte komt minder vaak voor dan tumoren, abcessen en luchtwegproblemen, maar is alsnog een redelijk veel voorkomende ziekte die erg veel pijn doet en dus snel behandeld moet worden. In dit artikel beschrijf ik hoe je een MOO kan herkennen en wat je het beste kan doen wanneer jouw ratje hier last van heeft.

Wat is een MOO?

MOO staat voor middenooronsteking, dit is een ontsteking diep in de oren, waarbij het hoofd van je rat scheef kan gaan staan. Dit komt omdat het evenwichtsorgaan van ratten in het binnenoor zit en deze wordt aangetast door de ontsteking. Bij een middenoorontsteking kunnen ratten gaan tollen met hun hoofd of rondjes blijven draaien in plaats van recht lopen. Een zeer akelig gezicht en het doet ook ontzettend veel pijn.

undefined
Wave was een rusthuis bewoner die middenoorontsteking had en na behandeling een scheef hoofd bleef houden

Wat te doen?

Wanneer je ziet of denkt dat je ratje een MOO heeft, bel dan direct de dierenarts en vertel dat dit een spoedgeval is. Hoe sneller je erbij bent met de juiste medicatie, hoe meer kans je hebt dat je ratje er weer bovenop komt. Een middenooronsteking kan dodelijk zijn wanneer je hier te lang mee wacht. De dierenarts kan een MOO herkennen door in het oor te kijken met een otoscoop. Naast pijnstilling (bijvoorbeeld Metacam) hebben ratjes met een MOO twee verschillende antibiotica nodig: er wordt vaak flagyl en een antibiotica zoals Synulox waar Amoxicilline met Clavulaanzuur de werkende stof is gegeven. Voorheen werd een antibiotica waarvan de werkzame stof enrofloxacine is (bijvoorbeeld Baytril) gegeven in plaats van flagyl, maar deze antibiotica mag niet meer zomaar worden voorgeschreven.

Zorg dat je de antibiotica een ruime tijd blijft geven, bij voorkeur (minimaal) 3 weken. Ondanks dat deze antibiotica samen hun werk zullen doen om de ontsteking weg te krijgen is de kans aanwezig dat het hoofdje van je rat scheef blijft staan, wanneer de ontsteking weg is zal dit echter geen pijn meer doen. Ratten die scheef blijven lopen kunnen zich doorgaans prima redden en ze kunnen gewoon oud worden met hun afwijkende uiterlijk.

undefined
Wendy woont op dit moment in het rusthuis en heeft na behandeling van haar middenoorontsteking een scheef hoofdje over gehouden.

Zorg dat je je rat apart zet wanneer hij een middenoorontsteking heeft, niet alleen omdat je zo beter kan observeren en medicijnen kan geven, maar ook omdat de ontsteking besmettelijk kan zijn voor je andere ratten.

Let op: het is mogelijk dat er een andere behandeling nodig is voor dezelfde symptomen, omdat een scheve kop ook het gevolg kan zijn van een ander ziektebeeld. Neem daarom altijd eerst contact op met een knaagdierkundige dierenarts.